‘Allochtone leerling overgewaardeerd’ was de kop van een berichtje in NRC Handelsblad van afgelopen dinsdag. Twee wetenschappers uit Groningen, Lyset Rekers en Truus Harms, hebben in opdracht van het ministerie van Justitie onderzocht hoe het komt dat bij allochtone leerlingen het verschil tussen de resultaten van de schoolexamens en centraal eindexamen groter is dan bij hun autochtone klasgenoten. Allochtone leerlingen zijn ijveriger, is de belangrijkste conclusie, en die ijver wordt door leraren beloond met hogere cijfers. De Volkskrant, die het berichtje een dag later ook had, citeert onderzoekster Harms: ‘Het zijn aanzienlijke verschillen. Dat is schokkend, als je ervan uitgaat dat het schooldiploma een vaste waarde vertegenwoordigt.’
Aanzienlijke verschillen? De resultaten van de schoolexamens van allochtone leerlingen zijn 0,2 tot 0,3 punt hoger, die van autochtone leerlingen 0,1 punt. Dat betekent volgens mij dat een allochtone leerling die voor aanvang van het centraal schriftelijk voor een vak gemiddeld een 8 staat, voor het landelijk examen een een 7,7 of een 7,8 haalt, en zijn autochtone klasgenoot een 7,9. Het kan aan mij liggen, maar ik vind dit geen schokkende statistieken. En als het verschil voortkomt uit een betere werkhouding van de allochtone leerling, die ervoor zorgt dat hij wordt ‘overgewaardeerd’ door de docent, so what? Het is niet eens positieve discriminatie op grond van etniciteit, want het onderzoek meldt dat ijverige autochtone leerlingen eveneens voor hun werkhouding beloond worden met hogere cijfers.
Er zijn wel grotere misstanden te bedenken in het onderwijs. Bijvoorbeeld dat ambitieuze allochtone leerlingen gefrustreerd raken doordat ze een te laag schooladvies krijgen. Vorige week interviewde ik een jonge Marokkaanse vrouw, die op haar veertiende uit Marokko naar Nederland kwam. Ze kon niet lezen of schrijven, want ze had nog nooit op school gezeten. Inmiddels heeft ze haar hbo-diploma en werkt ze bij KPMG als belastingadviseur. Maar ze heeft een lange weg moeten gaan. Na de mavo wilde ze graag naar de havo, maar dat werd haar afgeraden door school omdat ze nog te kort in Nederland zou zijn. Ze had in vijf jaar tijd leren lezen en schrijven, een vreemde taal onder de knie gekregen én een mavo-diploma gehaald. Zo iemand geef je toch het voordeel van de twijfel? Maar nee, ze moest maar naar het mbo. Daar ging het bijna fout met haar, omdat ze haar motivatie om te leren kwijt was. Hoe het toen verder ging, leest u binnenkort.
Recent Comments